De straatstenen van Coudewater

"In de Nieuwsbrief van onze wijkraad Molenhoek stond vorige keer een gedicht van Jeanine Hoedemakers. Om mijn verhaal te begrijpen, herhaal ik het hier nog een keer.

er zijn paden
waarover gras groeide
en je plukt en plukt

tot je het pad ziet
dat je eens naar de plek droeg
waarvan je de geur nog weet

Ik combineer het gedicht met het bericht wat ik las over de bestrating in het toekomstige Coudewater. Daar worden voor een deel oude straatstenen gelegd die afkomstig zijn uit de weg die van Rucphen naar Zundert loopt.. Die weg, de Zundertseweg, ken ik goed, omdat ik daar in de buurt woonde en er vaak gefietst heb, Het was een prachtige weg, omzoomd door eeuwenoude bomen. Smal en donker. Langs die weg stonden een paar oude boerencafés. Als de boeren na een vermoeiende werkdag met paard en kar naar huis gingen, wilden ze daar nog wel eens een borreltje met suiker nemen. Als klein kind kreeg ik van mijn ouders een glas frisse limonade, Gazeuse, weet u nog? Het liefst bij het café van Bet de Beer. Later leerde ik er een trappist drinken. Nog vrij recent hebben we er samen met de familie een paar gouden bruiloften gevierd.

Langs diezelfde weg stond en staat nog steeds de Trappistenabdij van Zundert. Voor ons een wat mysterieuze plek. Het was toen nog een soort kluizenaarsgemeenschap. Je kwam niet verder dan de poort. Een broer van Godfried Bomans was daar pater. Godfried vertelde er later over.

Bekend in die tijd was ook een verhaal uit ongeveer 1930. De zeer geliefde pastoor uit het nabijgelegen Sint-Willibrord, pastoor Bastiaansen, was zeer ernstig ziek. Hij werd liefdevol verzorgd in de abdij.Toen het bericht doorkwam dat hij stervende was trokken alle bewoners van ’t Heike, zoals Sint -Willibrord heette, in optocht naar de abdij om hem in zijn laatste uren nabij te zijn. Ze knielden, u raadt het al, op dezelfde stenen die nu in onze wijk komen te liggen. Kom daar nu nog maar eens om!  Als u toevallig in Sint-Willibrord komt, zult u vast het standbeeld van diezelfde pastoor zien.

Dank je wel, Jeanine, dat je gedicht mij deed wegdromen naar een gelukkige jeugd. Dank je wel, projectontwikkelaar, dat je deze oude, verweerde stenen naar mijn huidige woonomgeving brengt. Maar waarschuw wel de stratenmakers, die deze stenen gaan leggen. Ik weet zeker dat er tussen de stenen nog kraaienpoten zitten. De Zundertseweg stond bekend als een smokkelroute. Er vonden veel achtervolgingen plaats, de smokkelaars strooiden kraaienpoten voor de achtervolgende douaniers, zodat die met een lekke band kwamen te staan! En, o ja, er hoeven geen snelheidsborden geplaatst te worden bij deze weg. De klinkers waren 70 jaar geleden al totaal versleten!"

door Gerrit Mol

De foto's zijn gemaakt door Ted van der Loo fotograaf Ros TV-krant

Tags

Coudewater