Op de Amsterdamse beurs werd deze week rente uitgekeerd op obligaties uit 1638 en 1765! Het gaat om een bijna 400 jaar oude lening voor de Lekdijk die in 1624 doorbrak met een gigantische overstroming tot gevolg. De obligatie is handgeschreven op een geitenvel. Financiële geschiedenis en de historische strijd tegen water van de lage landen komen hier samen.
De Lekdijk tussen Amerongen en Schoonhoven in Nederland beschermt delen van Holland en Utrecht tegen water. Maar dan. Op 31 december 1624 breekt de dijk door het kruiende ijs en de hoge waterstand. Het water bereikt grote delen van Utrecht en Holland, tot Rotterdam en Amsterdam aan toe. Drie maanden later is het lek pas dicht. In het getroffen gebied wonen veel inwoners en is de economie van groot belang voor ons land. Het Utrechtse hoogheemraadschap Lekdijk Bovendams, nu De Stichtse Rijnlanden, wil de dijk herstellen en versterken. Dat kost vanzelfsprekend geld. Dat gebeurt via leningen uitgegeven in de vorm van eeuwigdurende obligaties. Eerste opbrengst: 23.000 gulden. In totaal haalde het Hoogheemraadschap in de loop van de tijd 300.000 gulden op. In eerste instantie ging het waterschap langs bij rijke particulieren. Omdat veel geld nodig was, werden meer partijen benaderd. Zo waren er ook weeshuizen die obligaties kochten. Die weeshuizen beheerden vaak veel vermogen, onder andere de erfenissen van de overleden ouders van de wezen. Voor hen was de lening een goede belegging. Waterschappen werden gezien als een soort overheidsorgaan en waren dus een veilige keuze.
Figuur 1 Gravure van overstroming in 1624
Guinness World Record
De meeste obligaties zijn intussen teruggekocht door het waterschap, want hoogwaterbescherming is een zaak van nationaal belang. Maar niet allemaal. Er zijn nog enkele eeuwenoude obligaties in handen van instanties en particulieren. Een obligatie uit 1624, de oudste volgens het Guinness World Records-boek, is in handen van de Amerikaanse aandelenbeurs, de New York Stock Exchange. Rijk wordt de Amerikaanse aandelenbeurs er niet van, de rente bedraagt 15 euro per jaar. Een andere Amerikaanse eigenaar is de Yale Universiteit. De aankoop van de obligatie kostte de universiteit in 2003 op een veiling zo'n 24.000 euro. Deze lening levert 11,35 euro per jaar op. Yale heeft de obligatie voor haar historisch archief in bezit.
Het waterschap betaalt nu nog op zeven obligaties rente. De Amsterdamse effectenbeurs heeft er twee, waar deze week weer rente op wordt uitgekeerd. Van drie obligaties kent het waterschap de eigenaren, maar die willen anoniem blijven. Het is onbekend of er op een zolder nog meer leningen liggen te verstoffen. Het waterschap kan de obligaties niet terugkopen zonder dat de eigenaar deze te koop aanbiedt. Het waterschap kan dat niet eisen.
Figuur 2 Vertegenwoordigers Stichtse Rijnlanden en Yale op de Lekdijk (foto: Stichtse Rijnlanden)
Feestje
'Het is een feestje waard', vertelt de woordvoerder van de Amsterdamse beurs. 'Deze eeuwenoude obligaties voor het Hoogwaterbeschermingsprogramma zijn misschien wel actueler dan ooit. Bovendien staan de stukken, die al bijna 400 jaar rente geven, symbool voor de financiële betrouwbaarheid van Nederland.'
De laatste keer dat er rente over werd betaald was in 2016. Nu gaat het om obligaties uit 1638 en 1765 in handen van de Amsterdamse beurs. Later dit jaar wordt de alleroudste obligatie, 400 jaar oud, beloond met rente. Deze is in handen van de New York Stock Exchange.
Ondanks dat De Stichtse Rijnlanden al 400 jaar met deze renteverplichting zit, vinden zij het ook een feestelijke gebeurtenis: 'Deze ramp van 400 jaar geleden is enorm geweest. Uitsluiten dat er ooit weer een dijk doorbreekt, kunnen we niet, maar het is nu wel vele malen veiliger dan toen.'
Leuk uitje?
Fiets de route langs de dijkdoorbraak van 1624.